Ga verder naar de inhoud

Proefblokkade en gepulseerde radiofrequente behandeling van het spinale ganglion

Ten gevolge van artrose (slijtage), een discushernia of andere oorzaken kan een zenuw (een zogenaamde “wortelzenuw” of “radiculaire zenuw”) die vanuit de hals of de rug vertrekt, chronisch geprikkeld worden. Dit kan leiden tot pijn, tintelingen of krachtsverlies in het gebied van de betrokken zenuw. Op het niveau van de hals kan dit klachten veroorzaken in de schouder, arm of vingers. Op het niveau van de rug kan men klachten ondervinden in het been of de tenen. Men spreek van “zenuwwortelpijn” of “radiculaire pijn”.

Wanneer deze pijn chronisch wordt en wanneer conservatieve maatregelen onvoldoende soelaas bieden, kan het zogenaamde spinale ganglion (dorsal root ganglion – DRG) bij wijze van proefbehandeling verdoofd worden. Het DRG is een zenuwknoopje gelegen aan de achterzijde van de betrokken pijnlijke wortelzenuw, op de plaats waar die het ruggenmerg verlaat.

Bij een diagnostische DRG-infiltratie (proefbehandeling) wordt met behulp van beeldvorming (RX-stralen en/of echografie) een plaatselijk verdovend product ingespoten op het zenuwknoopje van de betrokken zenuwwortel. De uren na de infiltratie moet de patiënt kunnen aangeven of de pijn (tijdelijk) beter is of niet. Als er een tijdelijke beterschap optreedt, zijn er argumenten om aan te nemen dat het betrokken DRG een rol speelt in het pijnprobleem, als deze pijnverlichting minstens 50 % bedraagt, kan in tweede instantie een behandeling met behulp van een gepulseerde radiofrequente elektrische stroom overwogen worden. Indien er geen enkele beterschap optreedt met een diagnostische DRG-infiltratie, is de gepulseerde radiofrequente behandeling mogelijk minder doeltreffend.

Tijdens deze gepulseerde radiofrequente behandeling zal de arts met behulp van beeldvorming (RX-stralen en/of echografie) de naald plaatsen ter hoogte van het betrokken zenuwknoopje en zal hij of zij eerst een tweetal testen uitvoeren. Tijdens de eerste test moet de patiënt het moment aangeven waar en wanneer hij of zij een elektrisch stroompje voelt. Tijdens de tweede test kan men wat spiersamentrekkingen (contracties) gewaarworden. Ook dan moet men aangeven waar en wanneer men die voelt.

Wanneer de testen voltooid zijn en de naald correct geplaatst is, wordt de eigenlijke behandeling uitgevoerd. Dit is een gepulseerde elektrische stroom.